De belangrijkste veranderingen
Het vernieuwde pensioenstelsel
U las het op de vorige pagina al: er gaat behoorlijk wat veranderen in uw pensioen. Maar sommige dingen veranderen gelukkig niet:
U blijft pensioen opbouwen
De AOW blijft
U krijgt pensioen zo lang u leeft
Na overlijden is er pensioen voor uw partner en kinderen
U blijft pensioen opbouwen als u arbeidsongeschikt raakt
Wilt u weten wat er wél verandert? Dat ziet u hieronder.

U krijgt een persoonlijk pensioenvermogen
U en uw werkgever leggen geld in voor uw pensioen (premie). Volgens de nieuwe regels komt de betaalde premie in uw persoonlijke pensioenvermogen terecht. Met het geld uit dit pensioenvermogen koopt u als u met pensioen gaat een pensioen. U krijgt dat pensioen vanaf de voor u geldende ingangsdatum en voor de rest van uw leven.

De regels voor nabestaanden-pensioen veranderen
De voorwaarden voor nabestaandenpensioen zijn niet bij elk fonds gelijk. Vooral als u vaker van baan bent gewisseld, kan het onduidelijk zijn hoeveel uw nabestaanden precies krijgen als u overlijdt. In het nieuwe stelsel zijn veel regels voor het nabestaandenpensioen straks bij alle fondsen hetzelfde. Daardoor is het duidelijker waar uw nabestaanden op kunnen rekenen.
In de opbouwfase van het pensioen wordt het levenslange partnerpensioen en het wezenpensioen straks een percentage van het pensioensalaris. Eerder was de hoogte van dit pensioen afhankelijk van de diensttijd. Dat is straks niet meer het geval. Daarnaast is er ook een tijdelijk partnerpensioen op risicobasis.

Pensioen gaat meebewegen met de economie
De economie heeft invloed op uw pensioen. Deze invloed ziet u straks direct terug in uw eigen pensioenvermogen én het pensioen dat u elke maand krijgt.
Gaat het goed met de beleggingen? Dan stijgt uw pensioen (vermogen) sneller. Als het slecht gaat, kan uw pensioen (vermogen) sneller iets minder worden. We verwachten wel dat met de nieuwe regels de pensioenen vaker én eerder omhoog gaan dan nu het geval is.
En: we blijven mee- en tegenvallers samen opvangen. We willen de schommelingen in hoogte zo klein mogelijk houden. Hiervoor houdt ons fonds extra geld apart. Dat is de zogenaamde solidariteitsreserve.

